Bevoegdheden sociaal inspecteur

Wat zijn de bevoegdheden van de inspecteur?

De sociaal inspecteurs zijn geen politieagent, zij hebben niet de hoedanigheid van officier van gerechtelijke politie. Hun bevoegdheden zijn evenwel aanzienlijk, doch beperkt binnen het kader van de arbeidssfeer. Zij kunnen:

  • Op elk ogenblik van de dag of van de nacht, zonder voorafgaande verwittiging, vrij binnengaan in alle werkplaatsen of andere plaatsen die aan hun toezicht onderworpen zijn of waarvan zij redelijkerwijze kunnen vermoeden dat daar personen tewerkgesteld zijn die onderworpen zijn aan de bepalingen van de wetgevingen waarop zij toezicht uitoefenen. Tot bewoonde lokalen hebben zij evenwel enkel toegang wanneer de onderzoeksrechter daartoe vooraf toestemming heeft verleend.
  • De identiteit van personen controleren (hierin begrepen het opnemen van een identiteit) en hen een verhoor afnemen.
  • Informatie opzoeken, onderzoeken en beslag leggen op informatiedragers (geïnformatiseerde documenten of dragers …).
  • Foto’s en filmopnamen maken.
  • Inlichtingen meedelen aan of opvragen bij andere inspectiediensten of overheden.
  • Zegels opleggen.

Appreciatiebevoegdheid

De sociaal inspecteurs beschikken over de keuze tussen het geven van een waarschuwing, het stellen van een termijn waarbinnen men zich in regel dient te stellen of pro justitia opstellen. Zij hebben niet de verplichting om alle inbreuken mee te delen aan de arbeidsauditeur (uitdrukkelijke afwijking op art. 29 van het Wetboek van Strafvordering). Dit appreciatierecht mag evenwel niet willekeurig zijn. Vooreerst wordt het gematigd door de interne onderrichtingen van de verschillende sociale inspectiediensten om een zekere uniformiteit te garanderen in de toepassing van de wetgeving. Vervolgens moeten de sociaal inspecteurs hun beslissing motiveren. De processen-verbaal hebben bewijskracht tot het tegendeel bewezen is voor zover een afschrift ervan ter kennis wordt gebracht van de overtreder, in beginsel binnen een termijn van veertien dagen die aanvangt de dag na de vaststelling van de overtreding.